Regels om hardlopen te beoefenen

Ongeschreven regels

Aangezien hardlopen vooral een sport is die recreatief wordt uitgevoerd, zijn er niet echt officiële regels. Toch zijn er wel een aantal ongeschreven regels waar we ons eigenlijk allemaal wel gevoelsmatig aan houden:

1. Loop je op de weg?

   Loop rechts!Mensen die ‘s avonds gaan hardlopen, als het wat rustiger is op de weg, kiezen er vaak voor om op de weg te gaan hardlopen. Dit loopt natuurlijk ook wat fijner dan een zandpaadje. Het is dan echter wel een ongeschreven regel dat je rechts gaat lopen, zodat auto’s je goed kunnen zien. En het is wel zo slim en sociaal om een reflecterend hesje aan te doen, zodat je altijd goed zichtbaar bent voor andere weggebruikers!

2. Stoplichten gelden ook voor jou

   Afhankelijk van waar je gaat hardlopen, zul je vast wel een keer een stoplicht tegenkomen. Die gelden uiteraard ook voor hardlopers. Natuurlijk wil je liever blijven lopen als je eenmaal op dreef bent, maar veiligheid gaat voor alles. 

3. Check of je niet in een losloopgebied gaat hardlopen

   Als je lekker de natuur in wil om te gaan hardlopen, is het verstandig om even te checken of je niet een losloopgebied tegenkomt op je route. Honden vinden het namelijk vaak wel leuk om met mensen mee te rennen, maar dat kan er soms wat lomp aan toe gaan. Als je hier geen zin in hebt, vermijd deze plekken dan het liefst. 

4. Andere hardlopers inhalen

   Het kan natuurlijk voorkomen dat je andere hardlopers tegenkomt die er niet hetzelfde tempo in hebben zitten als jij. Het is wel een regel dat je dan rechts inhaalt, aangezien je vaak ook te maken hebt met tegenliggers. En laat je vooral niet opjagen als iemand jou inhaalt. Het mag op je eigen tempo!

5. Rekken voordat je gaat lopen

   Je doet je spieren er een groot plezier mee als je ze even opwarmt voordat je gaat hardlopen. Dat doe je het beste met rekken en strekken. Doe dit het liefst lekker thuis, zodat niemand er last van heeft. Dan kun je daarna ook meteen vol aan de slag.

Regels op de atletiekbaan

Mocht je hardlopen echt op een atletiekbaan uitoefenen, dan krijg je vaak wel met wat extra regels te maken. Die regels kunnen natuurlijk per locatie verschillen, maar komen vaak wel op hetzelfde neer. 

1. Je positie op de baan

   Over het algemeen is de regel dat de binnenbocht voor de snelle lopers is. Daar kun je op tempo lopen, bijvoorbeeld met interval programma’s. Ben je een langzamere loper of neem je tussen setjes door veel rust, dan kun je op baan 2 of een baan hoger gaan lopen. 

2. Loop in de juiste richting

   Bij het in- en uitlopen van de baan loop je altijd met de klok mee, het liefst helemaal aan de buitenkant van de baan. Doe je een interval programma, een snelloop of een duurloop, dan mag je tegen de klok in rennen. 

3. Andere lopers inhalen

   Wil je iemand inhalen door op een andere baan te gaan lopen, moet je meestal ‘baan’ roepen. Dan weet de rest dat ze ruimte voor je moeten maken. Haal altijd rechts in, want links zit meestal een gootje en dan kun jij jouw enkel verzwikken. 

4. Stoppen met lopen

   Wanneer je klaar bent met je intervaltraining en je de snelle baan wil verlaten, moet je opletten dat er geen snelle lopers direct achter je zitten. Geef aan dat je naar rechts gaat, bijvoorbeeld door je hand uit te steken, net als op de fiets. 

5. Rekening houden met elkaar

   Op iedere accommodatie geldt dat je rekening met elkaar dient te houden. Soms zijn rechte stukken van de baan gereserveerd voor groepen en of er misschien atleten in andere disciplines actief zijn. Vraag bij een atletiekbaan ook altijd naar hun regels wanneer je er voor het eerst komt. 

Rust tussen trainingen

Het is bij hardlopen erg belangrijk dat je genoeg rust pakt tussen je trainingen door. Voor de meeste hardlopers is 48 uur voldoende tijd om volledig te herstellen van spierpijn, eventuele schade en vermoeidheid. Probeer dus iedere keer zeker 48 uur tussen je trainingen te houden!